Verbazing over kritiek op rampenplan
GOES - Burgemeester W. Nuis van Tholen reageert nogal cynisch als hij geconfronteerd wordt met de kritiek van Gedeputeerde Staten op de gemeentelijke rampenplannen. Dus de afstemming van ons rampenplan met dat van de buren in Noord-Brabant is onvoldoende, citeert hij een van de punten van kritiek. Dat verbaast hem, omdat in de praktijk blijkt dat de contacten met de buren aan de andere kant van grens en de afstemming prima geregeld zijn.
Hij wijst naar een recente ervaring, een aanvaring op het Schelde-Rijnkanaal. Brandweerkorpsen van beide kanten van de provinciegrens trokken toen samen op zonder moeilijk te doen over competenties of andere zaken. „Ze stonder er.“
De burgemeester wijst vervolgens naar zijn eigen gsm. Daarin staan de telefoonnummers van de burgemeesters van de Brabantse buurgemeenten alsmede dat van de directeur van General Electric Plastics in Bergen op Zoom. Dat soort informele doch goede contacten zijn volgens hem veel meer waard dan een paar extra regels in een rampenplan. Met z’n handen geeft hij aan hoe omvangrijk zo’n plan is. Retorisch: „Moet het dan nog dikker worden?“ Hij meent van niet. Het gaat er volgens hem om of zaken goed geregeld zijn.
In zijn gemeente zijn ze dat, zo is zijn stellige overtuiging. Hij vindt het dan ook niet nodig om tot in detail zaken in het rampenplan te zetten. Zo is het volgens hem niet nodig om in dat plan iemand te benoemen die in geval van een calamiteit optreedt als tussenpersoon in het Regionaal Operationeel Team. „Als daar iemand nodig is, dan gaat daar iemand heen.“ En zo staat ook niet in dat plan dat hij regelmatig meedraait met de rampenoefeningen bij GEP. „Dat doe ik wel maar moet dat op papier staan? Moet Middelburg dat weten?“
Zijn collega J.F. Mulder van Hulst toont zich ook enigszins verbaasd over de, volgens hem, nogal formele kritiek vanuit Middelburg op de gemeentelijke rampenplannen. De recente stranding van de Fowairet en de stroomstoring hebben volgens hem uitgewezen dat Hulst z’n zaakjes ’goed op orde heeft als het erop aan komt’. En de kritiek dat er te weinig afstemming is met de Vlaamse buren verbaast hem zeer.
Bij de stroomstoring bleek dat die buren, de gemeenten Stekene en Beveren, direct contact opnamen en hulp aanboden. „Daar gaat het om. De contacten zijn zo goed dat die bijstand er is als het nodig is.“ Hij geeft ook aan dat elke calamiteit weer net iets anders uitpakt. „Je kunt niet alles tot in detail opnemen in een rampenplan.“ Hij wijst wederom naar de stroomuitval van eind november vorig jaar. Toen lukte het niet de ambtenaren te bellen. Vervolgens is de politie met een lijst namen op pad gegaan om ambtenaren te mobiliseren. Mulder: „Elke keer weer blijkt dat je moet improviseren.“ Hij vindt dat bij het controleren van rampenplannen dus niet teveel met een stofkam gewerkt moet worden maar dat men moet kijken naar de grote lijnen.
Locatie op de kaart
Laatste nieuwsvideo's
27 december 2024
27 december 2024
26 december 2024
25 december 2024