Reddingsbrigades houden oefening op Veerse Meer

ARNEMUIDEN – De reddingsbrigades van Middelburg, Zierikzee en Oostburg hebben vandaag een grote rampenoefening gehouden rondom het Veerse Meer.

In de loop van de middag werden diverse reddingsboten van de drie reddingsbrigades te water gelaten bij kanohaven Kanoa in Arnemuiden. Ook werd een grote legertent opgebouwd en namen coördinatoren en leidinggevenden posities in. De eerste oefening; een oriëntatie- en navigatieoefening werd gehouden op het water. Leden van de reddingsbrigades moesten tijdens deze oefening diverse herkenningspunten in beeld brengen.

Na deze oefening startte een oefening met slachtoffers. Op één van de strandjes aan het Veerse Meer was een groot feest gehouden, maar na het feest waren een paar mensen gewond geraakt. Eén van hen had een botbreuk aan zijn linker been en moest daarom worden meegenomen op een brancard. Enkele andere feestgangers klaagden over onderkoeling. Alle gewonden werden meegenomen naar het centrale verzamelpunt bij de kanohaven. De bemanningsleden van diverse boten hielpen vervolgens om het slachtoffer met het gebroken been uit de boot te tillen en op een steiger neer te leggen.

Voor de slachtoffers was de oefening leuk, maar koud. Leonieke de Jong speelde de rol van panieke vriendin. Eén van haar vriendinnen, de 15-jarige Inge had een botbreuk opgelopen toen brand uitbrak op een feest. Toen de feestgangers vluchtten voor de brand kwam het meisje ten val en brak zij haar been. Het was niet zo dat de slachtoffers van te voren precies wisten wat er ging gebeuren. De Jong: "We horen een paar minuten van tevoren wat we moeten spelen."

Na de oefening met de botbreuken volgde een korte pauze die weer werd gevolgd door een nieuwe oefening. Op twee andere strandjes lagen en zaten personen die geëvacueerd moesten worden. De redders moesten bijvoorbeeld rolstoelgebruikers meenemen in hun boten. Tussen de ploegen van de boten moest worden samengewerkt om deze evacuatie tot een goed einde te brengen. Ook vanavond vind nog een oefening plaats. Hierbij moet onder meer gebruik gemaakt worden van de eerder opgedane kennis tijdens de oriëntatieoefening.

Tijdens de oefening werden geregeld (kleine) fouten gemaakt. Dit komt volgens de organisatie mede door het feit dat de meeste redders die meededen nog maar sinds kort worden opgeleid voor een eventuele rampeninzet. Oefenleider Ron Schoof had diverse punten van kritiek. Schoof: "Wat ik jammer vond is dat er niet goed tegen de slachtoffers werd gepraat, ook al zijn het natuurlijk geen echte slachtoffers. Er zat ook geen goede verdeling in de taken. Er was bijvoorbeeld niemand die zei 'Jij bent bij dit slachtoffer en jij zorgt ervoor'." Ook technisch gezien ging het af en toe mis: "Aan de vaartechniek mag ook nog wel geschaafd worden", aldus de oefenleider.

De rampenoefening wordt gehouden omdat de drie brigades allen via een landelijk netwerk ingezet kunnen worden voor watersnoodrampen door het hele land. Zo werd de Middelburgse Van Dixhoornbrigade bijvoorbeeld ingezet bij de watersnoodramp in Limburg. De leden wordt tijdens de oefeningen onder meer geleerd hoe men het beste kan evacueren tijdens een eventuele ramp. Ook wordt speciale aandacht gegeven aan het improviseringsvermogen aangezien de Middelburgse redders tijdens hun actie bij de watersnoodramp in Limburg situaties tegenkwamen met bijvoorbeeld minder valide personen.

Het was overigens voor het eerst sinds vijf jaar dat de drie Zeeuwse reddingsbrigades samen oefenden.