Botsing meerpaal: 'Avalon had onvoldoende ballast'

TERNEUZEN - Het vrachtschip Avalon dat op 1 maart in Terneuzen tegen een meerpaal botste, had destijds onvoldoende ballast om te kunnen gaan varen. Dat stelt de Onderzoeksraad voor Veiligheid in de Rapportage Ongevallen Scheepvaart november 2017 - april 2018.

Op de dag dat het incident plaatsvond stond er een stevige oostelijke wind, windkracht 7 á 8. Het vrachtschip verkeerde volgens de raad echter in een ballastconditie die alleen bij mooi weer gebruikelijk is. Dit zorgde er mede voor dat het schip niet goed van de kade los kon komen.

"Bij de eerste mislukte poging realiseerde men zich niet dat de weersomstandigheden te slecht waren om in deze ballastconditie te gaan varen. Er is niet overwogen om meer ballast te zetten. Bij de tweede poging werd er weer niet goed op de wind geanticipeerd door meer ruimte te nemen om het schip te draaien", zo schrijven de onderzoekers.

Niet alleen de wind zat destijds tegen. "Er lag ook nog een binnenvaartschip achter de Avalon en de schroefwerking van dat schip werkte ook tegen. Men kon de draai wederom niet maken en het schip werd noodgedwongen hard achteruit geslagen. Vervolgens sloeg het schip met stuurboord achtersteven tegen een stalen meerpaal".

Door de botsing met de meerpaal scheurde het schip open over stuurboordzijde. Hierdoor liep een ballasttank deels leeg waardoor het schip scheef viel. Een bergingsberdrijf verplaatste het schip nadien naar de kade langs de Rijksweg Terneuzen - Sas van Gent.