Bijna-botsing vliegtuigen bij Midden-Zeeland
ARNEMUIDEN - Op 8 oktober vorig jaar vond nabij vliegveld Midden-Zeeland (EHMZ) in Arnemuiden een bijna-botsing plaats tussen een sleepvliegtuig en een vliegtuig dat wordt gebruikt voor parachutespringen. Dat meldt de Onderzoeksraad voor Veiligheid in haar meest recente Kwartaalrapportage Luchtvaart. Men spreekt van een ‘ernstig incident’.
Het sleepvliegtuig (een Robin DR 400) vertrok op de bewuste oktoberdag even na 13.00 uur voor zijn eerste sleepvlucht met een zweefvliegtuig van die dag. Nadat het zweefvliegtuig was losgekoppeld, werd koers gezet richting het zogenoemde entry point van het circuit. Het andere vliegtuig, een Cessna 208B, had net zijn zevende vlucht gemaakt en daarbij parachutisten gedropt. Ook de piloot van dit toestel wilde koers zetten naar het entry point en meldde zich via de radio. De piloot van de Robin hoorde de melding en gaf aan dat hij zich ten noorden van het entry point bevond.
"Dit laatste bericht werd echter niet ontvangen door de piloot van de Cessna vanwege interferentie op het radiokanaal. Kort hierna kwamen beide vliegtuigen te dicht bij elkaar. De piloot van de Robin hoorde een harde knal en zag daarna de Cessna, komende van achteren, over zich heenvliegen. De piloot van de Cessna verklaarde op het laatste moment het vliegtuig te hebben opgetrokken, maar kon niet voorkomen dat de vliegtuigen dicht bij elkaar kwamen", zo schrijft de Onderzoekrsraad in haar rapport.
Beide vliegtuigen konden zonder verdere problemen doorvliegen en landen op Vliegveld Midden-Zeeland. De Robin liep volgens de raad wel schade op aan de canopy (de overkapping over de cockpit, red.) en de achteruitkijkspiegels. Opmerkelijk detail is dat de beide vliegtuigen waren uitgerust met een waarschuwingssysteem voor naderende vliegtuigen, maar dat deze niet compatible met elkaar waren. "De Cessna was uitgerust met een ADS-B transponder, terwijl de Robin een FLARM-systeem had. Er was daarom geen waarschuwing gegenereerd in beide toestellen", aldus de Onderzoeksraad.
Ander punt dat volgens de raad heeft bijgedragen aan het incident is het feit dat er een snelheidsverschil zat tussen beide toestellen. "Uit de radardata blijkt dat de Cessna ten tijde van het voorval 60 knopen sneller vloog dan de Robin. Dit had een negatieve invloed op de effectiviteit van het ‘see-and-avoid’-principe. Het is hierom van belang dat piloten van snellere toestellen hun snelheid in en nabij het circuit, waar ook langzamer verkeer verwacht kan worden, aanpassen aan het langzaam vliegende verkeer. Door dat te doen creëren zij meer tijd om eventueel uit te wijken voor conflicterend verkeer."
Het onderzoek van de raad is inmiddels afgerond.
Locatie op de kaart
Laatste nieuwsvideo's
23 november 2024
22 november 2024
22 november 2024
21 november 2024
Reageer op dit bericht
Reacties
Zelf reageren? Lees hier de spelregels.
Eerste | Vorige | 1 | Volgende | Laatste |